help window
Français | Nederlands
Chrono
Parlement
Grondwettelijk Hof
Beroep Raad van State
Verdragen
Europa
Benelux


Een artikel opzoeken

Nummer



Hebt u een fout ontdekt ? Hebt u een vraag ?
Stuur ons een boodschap !
Opschrift

Wet van 21 juli 2021 tot wijziging van de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt en tot wijziging van de wet van 12 april 1965 betreffende het vervoer van gasachtige producten en andere door middel van leidingen


ChronoAnalyseParlementGrondwettelijk HofBeroep RvSVerdragenEuropaBenelux 
Basisinformatie
Datum van de akte: 21/07/2021
Aard van de akte: Wet
Publicatie(s) in Belgisch Staatsblad
Datum: 03/09/2021
Editie:1
Pagina:94336
Advies van de Raad van State 69159
Inwerkingtreding / Uitwerking Dag van bekendmaking (art. 22, eerste lid)

Art. 6, 9, 16 en 17: 01/09/2022 (art. 22, eerste lid: "op de eerste dag van de twaalfde maand na die waarin ze is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad"): uiterste datum (art. 22, tweede lid, eerste zin: "De Koning kan, op voorstel van de commissie voor de Regulering van de Elektriciteit en het Gas, voor ieder van de artikelen 6, 9, 16 en 17 van deze wet een datum van inwerkingtreding bepalen voorafgaand aan de datum vermeld in het eerste lid.")

Art. 8 en 15: 10de dag na bekendmaking

Overgangsbepalingen: art. 22, tweede lid, tweede zin

Periode van geldigheid van 03/09/2021 tot ...
Opmerkingen 1) Deze wet heeft als voorwerp de aanpassing van de twee gewijzigde wetten aan het arrest van het Hof van Justitie van de Europese Unie van 23 december 2020 (zie, op dit punt, de algemene toelichting van de memorie van toelichting, blz. 5 en volgende: http://www.dekamer.be/FLWB/PDF/55/2037/55K2037001.pdf).

2) Linken met de databank Europa:

2.1) de link met de richtlijn 2009/72/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit en tot intrekking van Richtlijn 2003/54/EG komt voort uit het feit dat deze wet als voorwerp heeft het verhelpen van alle tekortkomingen van het Koninkrijk België die door het voormelde arrest zijn vastgesteld. In dit arrest stelt het Hof van Justitie van de Europese Unie vast dat het Koninkrijk België niet naar behoren verscheidene verplichtingen heeft omgezet die op hem rusten niet alleen krachtens richtlijn 2009/73/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor aardgas en tot intrekking van richtlijn 2003/55/EG maar ook krachtens richtlijn 2009/72/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit en tot intrekking van richtlijn 2003/54/EG.

2.2) de linken met de vermelde Europese verordeningen komen voort uit het feit dat deze wet als voorwerp de gedeetelijke uitvoering van de diverse volgende akten heeft: enerzijds de verordening (EU) 2017/2196 van de Commissie van 24 november 2017 tot vaststelling van een netcode voor de noodtoestand en het herstel van het elektriciteitsnet, anderzijds de verordening (EU) 2019/941 van het Europees Parlement en de Raad van 5 juni 2019 betreffende risicoparaatheid in de elektriciteitssector en tot intrekking van Richtlijn 2005/89/EG en tenslotte verscheidene vorderingen tot uitvoering van de verordening (EG) nr. 714/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 betreffende de voorwaarden voor toegang tot het net voor grensoverschrijdende handel in elektriciteit (zie, op dit punt, de algemene toelichting van de memorie van toelichting, blz. 5 en volgende: http://www.dekamer.be/FLWB/PDF/55/2037/55K2037001.pdf).