Inwerkingtreding: te bepalen door de Koning; zie art. 9: "De Koning bepaalt voor elk van de door dit besluit beoogde categorieën van personeelsleden de dag waarop elk van de bepalingen van dit besluit in werking treedt."
Voor de in artikel 2 van KB 13/11/1991 'tot instelling van een bijzondere werving en een vorming van kandidaat-aanvullingsvrijwilligers' bedoelde kandidaten-aanvullingsvrijwilligers: art. 2 tot 6, 7, §§ 2 tot 5 en art. 8: 01/11/1991 (KB 13/11/1991 'tot instelling van een bijzondere werving en een vorming van kandidaat-aanvullingsvrijwilligers', art. 9)
Voor alle kanditaten, behalve deze bedoeld in artikel 2, eerste lid, 2° en 3°, van de wet van 21 december 1990 'houdende statuut van de kandidaat-militairen van het actief kader tijdens hun vorming met het oog op de overgang of de sociale promotie': 15/08/1994 (KB 11/08/1994 'houdende de inwerkingstelling van sommige bepalingen betreffende de rechtstoestanden van het militair personeel', art. 10)
Voor de kandidaten bedoeld in artikel 2, eerste lid, 2° en 3°, van de wet van 21 december 1990 houdende statuut van de kandidaat-militairen van het actief kader: 01/01/2000 (KB 09/06/1999 'betreffende de overgang binnen dezelfde personeelscategorie en de sociale promotie naar een hogere personeelscategorie', art. 56)